Aan de slag
Ga aan de slag met activiteiten die speciaal gericht zijn op 'Activiteiten' en het basisdoel 'Normen en waarden'
Deze nieuwsbrief is onderdeel van een reeks aan nieuwsbrieven behorende bij het pedagogisch kwaliteitshuis van ViaViela. Ben je nog niet bekend met het kwaliteitshuis en/of de pedagogische nieuwsbrieven. Lees dan eerst de introductie.
De vier pedagogische basisdoelen van prof. J.M.A Riksen Walraven, zoals genoemd in de Wet Kinderopvang vormen de basis voor het pedagogisch beleid van ViaViela. Als gastouder breng je dit pedagogische beleid dagelijks in de praktijk met jouw opvang. ViaViela biedt je handige toold die je hierbij ondersteunen. Zo werken we met een pedagogisch werkplan in de vorm van het Pedagogisch kwaliteitshuis.
Pedagogisch beleid van ViaVielaIn deze nieuwsbrief is er aandacht voor het venster van het huis met normen en waarden en activiteiten. Kinderen moeten nog veel leren zoals delen. Dit is goed voor de socialisatie. Er zijn veel activiteiten die je kunt doen om kinderen normen en waarden te leren en verschillende culturen te leren begrijpen. Wat ook belangrijk is, is of jij meer weet over de achtergrond van het kind. Uit welk gezin komt het kind en welke normen en waarden heeft het kind daaruit meegenomen? We weten dat kinderen hun ouders/verzorgers veel spiegelen. Jij als gastouder merkt het gedrag van wat het kind wil spiegelen vaak sneller op dan de ouders/verzorgers. Juist omdat het gedrag een patroon is wat het kind spiegelt vanuit zijn eigen familiesysteem.
We leven allemaal in menselijke systemen – ons gezin, ons werk, de vereniging, school, onze vriendenkring enzovoort. Familie is het eerste ‘systeem’ waar je deel van uitmaakt. Hedendaagse problemen, zowel privé als op het werk, vinden vaak hun oorsprong in bewust en onbewust overgenomen ideeën, overtuigingen en waarden. Ook voor kinderen geldt dat psychische problemen, eetstoornissen en lastig of ongewoon gedrag wijzen op een verstoring van de ‘orde’ in het ‘systeem’.
Systematisch gezien kan het meerdere oorzaken hebben als een kind uit balans raakt. Natuurlijk kan het in het kind zelf zitten. Maar vaak is het te wijten aan een verandering in de directe omgeving. Een kind is heel gevoelig en pikt de lichtste signalen op. Het hoeft niet eens met het kind zelf te maken te hebben, toch kan het systeem van het kind in verwarring worden gebracht.
Er zijn een aantal basisprincipes die ervoor zorgen dat, wanneer deze worden nageleefd en gerespecteerd, systemen het beste functioneren:
Binding: iedereen heeft recht op een plek
De behoefte om ergens bij te horen. Iedereen die bij het systeem hoort, heeft recht op een plek, ook diegenen die niet geboren mochten of konden worden, die (jong) overleden zijn of waarover om de een of andere reden niet wordt gesproken of die het contact met de familie hebben verbroken.
Volgorde: Het systeem is een rangorde (ordening in familie)
De behoefte aan veiligheid door sociale regels en voorspelbaarheid. In een familie is sprake van een bepaalde ordening. Er zijn een vader en een moeder: ten opzichte van hun kinderen zijn zij de groten en in relatie tot hun ouders weer de kleinen. In de kinderrij is er een bepaalde ordening – er is een oudste en een volgend kind.
Balans in geven en nemen
Als er een belans is tussen geven en nemen, blijft de energie in een relatie ‘stromen’. Neemt iemand zonder te geven, dan verliest de ander het verlangen om te geven. Geeft iemand zonder te nemen, dan zal de ander op den duur niet meer willen nemen.
Neem bijvoorbeeld de situatie waarin er een baby geboren wordt. Het kind dat de jongste was, is dit ineens niet meer. Ouders moeten hun aandacht opnieuw verdelen. Wat ouders aan kinderen of verzorgers meegeven, is in belangrijke mate afhankelijk van hoe zij zelf in het leven staan.
ViaViela ondersteunt je met tools die je helpen het pedagogisch beleid in de praktijk te brengen. Zo werken we met een pedagogisch werkplan in de vorm van het pedagogisch kwaliteitshuis. Het kwaliteitshuis vormt de kapstok waaraan jij al jouw kennis en ervaring kunt ophangen. Daarmee maak je, aan de hand van praktische voorbeelden, jouw pedagogisch handelen zichtbaar. Voor jezelf, voor ouders en voor de GGD.
Lees meer over het kwaliteitshuisWat kun jij als gastouder doen om de normen en waarden te begeleiden? Ga in gesprek over het familiesysteem van het kind om het kind op een dieper niveau te leren kennen. Biedt ondersteuning daar waar het kind onzeker over is, geef grenzen aan en geef aan wat je wilt zien qua gedrag. Praat over de normen en waarden binnen jouw gastouderopvang, ook al zijn deze anders dan thuis bij het kind. Het belangrijkste: kijk verder dan het gedrag van het kind, sta oordeelloos open voor andere ideeën en opvattingen. Creëer en grijp je kansen tijdens gezamenlijke activiteiten om erover te praten.
Ga aan de slag met activiteiten die speciaal gericht zijn op 'Activiteiten' en het basisdoel 'Normen en waarden'
Voor de ontwikkeling van normen en waarden is het belangrijk om het gezin van herkomst van het kind in beeld te brengen. Aan de hand van het maken van een genogram komt er een gesprek tot stand en kun je meer vragen over het gezin.
Download activiteit 1
Aan de hand van leuke activiteiten waarin er interactie is met elkaar, kunnen kinderen leren omgaan met de normen en waarden van een ander. Je begeleid de kinderen door ze de ander te leren begrijpen.
Download activiteit 2